De reguliere talen vormen een klasse van formele talen. Reguliere talen hebben een relatief eenvoudige structuur, waardoor ze zeer geschikt zijn om door computerprogramma's verwerkt te worden. Daarom hebben ze vele toepassingen in de informatica, onder andere in tekstbewerkingsprogramma's (reguliere expressies), in de compilerbouw (in het bijzonder bij de lexicale analyse) en bij modelverificatie.
ze wordt geaccepteerd door een read-only-turingmachine;
ze wordt gedefinieerd in monadische logica van de tweede orde.
Alle eindige talen zijn regulier. Andere voorbeelden zijn de taal die bestaat uit alle strings over het alfabet met een even aantal 's, of de taal van de vorm: een aantal 's gevolgd door een aantal 's.
Een van de redenen dat reguliere talen vaak gebruikt worden, is dat veel beslissingsproblemen met betrekking tot reguliere talen beslisbaar zijn. Ten eerste is het beslisbaar of een willekeurig woord tot de taal behoort.
Of een reguliere taal leeg is () kan bepaald worden door vast te stellen of er in de DFA van de taal minstens een pad van een begin- naar een eindtoestand is; als dat niet het geval is, is de taal leeg. Dit kan met een padzoekalgoritme worden bepaald. Aangezien de reguliere talen afgesloten zijn onder booleanse operaties (zie boven), volgt hier ook uit dat de volgende beslissingsproblemen beslisbaar zijn:
Deelverzameling: gegeven reguliere talen en , beslis of (dit geldt als leeg is)
Equivalentie: gegeven reguliere talen en , beslis of (dit geldt als en )
Universaliteit: gegeven een reguliere taal , beslis of (dit geldt als het complement van leeg is)
In de Chomskyhiërarchie kan men zien dat elke reguliere taal contextvrij is. Het omgekeerde is echter niet het geval: bijvoorbeeld de taal die bestaat uit alle strings met hetzelfde aantal 's en 's is contextvrij, maar niet regulier. Om te bewijzen dat een taal niet regulier is gebruikt men de stelling van Myhill-Nerode of de pompstelling.
(en) John E. Hopcroft, Rajeev Motwani, Jeffrey D. Ullman (2007). Introduction to Automata Theory, Languages and Computation, Third Edition. Addison-Wesley.