Surinaamse parlementsverkiezingen 1876

De Surinaamse parlementsverkiezingen in 1876 vonden plaats in maart van dat jaar.

Er konden drie leden voor de Koloniale Staten gekozen worden in verband met het periodiek aftreden van H. Barnett, A.J. da Costa en Ph.H. Verbeek.

KandidaatStemmen in de eerste ronderesultaat
H. Barnett72gekozen
A.J. da Costa73gekozen
Ph.H. Verbeek83gekozen
A.C. Wesenhagen12x
ruim twintig andere personen met minder dan 5 stemmen

Bij deze verkiezingen mochten alleen mannen die aan bepaalde voorwaarden voldeden (censuskiesrecht) stemmen. Bij de eerste ronde waren er 94 geldig uitgebrachte stembiljetten waarbij een kiezer voor meer dan een kandidaat kon stemmen. Er waren drie zetels te verdelen en om in de eerste ronde gekozen te kunnen worden had een kandidaat de volstrekte meerderheid nodig (minstens 48 stemmen). Precies drie kandidaten voldeden aan die voorwaarde zodat er geen tweede ronde nodig was.

Met ingang van het nieuwe zittingsjaar op 11 mei 1876 (2e dinsdag van mei) had de Koloniale Staten de volgende dertien leden:

NaamGepland jaar
van aftreding
Bijzonderheden
G.J.A. Bosch Reitz*1877voorzitter, in 1876 opgestapt en opgevolgd door J.A. Jurriaanse*
A.J. van Emden1880vicevoorzitter, na vertrek De Jong voorzitter
C.D. Brakke*1877
J.F. Saile Vanier*1877
J. de Jong*1877na vertrek Bosch Reitz voorzitter, in 1877 zelf opgestapt, waarna J.B. Vos* werd benoemd
G.H. Barnet Lijon1878
S. van Praag1878
J.A. Salomons1878
J.F.A. Cateau van Rosevelt1880
B.E. Colaço Belmonte1880in 1877 opgevolgd door C. van Lier
H. Barnett1882
A.J. da Costa1882
Ph.H. Verbeek1882

* = benoemd door de gouverneur